komt voor bij zo’n 3% van de ouderen boven de 60 jaar. Zij willen regelmatig ook op die leeftijd nog behandeld worden. Het is dan belangrijk dat de behandelaar vooraf uitgebreid lichamelijk onderzoek doet. De behandelaar let vooral op hart- en vaataandoeningen. Omdat stimulantia de hartslag versnellen moet worden vastgesteld of je ze veilig kunt gebruiken. Ook slikken ouderen vaak nog andere medicijnen. Dus de behandelaar moet controleren of de medicijnen elkaar beïnvloeden. De werking en de bijwerkingen zijn bij ouderen gelijk aan die bij jongere volwassenen. Soms is de dosering wat lager.